Biobased isoleren in een stolpboerderij

Projectgegevens
  • Naam project: Herbestemming en verduurzaming van een stolpboerderij 
  • Locatie: Kanaaldijk 215, Koedijk (gemeente Alkmaar) 
  • Status: Gemeentelijk monument 
  • Eigenaar: Roel de Nijs en Aletta Boelens 
  • Architect (oorspronkelijk): Onbekend 
  • Bouwjaar: 1868  
  • Type: Enkele stolp 
  • Nieuwe functie: Woning met Bed & Breakfast  
  • Ontwerp herbestemming: Studio DNice 
  • Gerealiseerd: Naar verwachting in 2027 

Eigenaar en ontwerper Roel de Nijs op de overloop van de eerste verdieping

Nieuwe binnenwanden deels voorzien van houtvezel isolatie

Bevindingen
  • De stolp heeft maar korte tijd gediend als traditionele boerderij. Vanwege zijn ligging aan het Noordhollandsch kanaal komen de darsdeuren niet boven de gevel uit. Het hooi werd immers aangevoerd over het water. Na het verliezen van zijn agrarische functie heeft de stolp veel verschillende functies gehad, waaronder een bakkersbedrijf, opslag van kolen en een kruidenierswinkel. De grote winkelramen, ooit aangebracht ten behoeve van de kruidenierswinkel, zijn later weer verwijderd. Ook is de stolp in het verleden gesplitst geweest en dubbel bewoond. 
  • In 2023 werd de stolp gekocht door Roel de Nijs en Aletta Boelens, met het plan het gebouw te transformeren tot woning met een Bed & Breakfast. De huidige voordeur fungeert straks als entree voor het gastenverblijf, dat zich aan de rechterzijde van het vierkant bevindt. Er wordt nog overwogen om het gastenverblijf op termijn te splitsen in twee gespiegelde eenheden, aan de voor- en achterzijde van het vierkant. In de doorsnede is zichtbaar dat het gastenverblijf onder de dakramen op de overloop blijft en een contravorm aanneemt van de dakhelling. Op de tweede verdieping wordt een slaapkamer gecreëerd door een frame in de top van de kap te hangen. 
  • De bestaande gevelopeningen op de begane grond worden gehandhaafd. Op de verdieping worden zes dakramen aangebracht in beide zijdakvlakken. Zoals vroeger ook gebruikelijk was, is de positionering van de dakramen enigszins willekeurig. In het achterdakvlak wordt een verticale lichtstraat gerealiseerd. In de voorzijde van de kap komen geen dakramen. 
  • Het perceel werd in de jaren ’80 uitgebreid door ruilverkaveling, waarbij het aanpalende stuk grond aan het erf werd toegevoegd. Op het terrein komt een nieuwe inrit aan de noordzijde met een privétoegang voor de eigenaren. Daardoor kunnen parkeerplaatsen aan weerszijden van het gebouw worden gerealiseerd. Een bijgebouw ten behoeve van berging is in voorbereiding, maar het ontwerp daarvan is nog niet uitgewerkt. 
Proces

Roel is interieurarchitect en is ook opgeleid als meubelmaker, waardoor hij veel werkzaamheden zelf kan uitvoeren. Zo heeft hij onder andere de vergunnings- en ontwerptekeningen gemaakt. Deze werden in hetzelfde jaar twee keer voorgelegd aan de gemeentelijke adviescommissie omgevingskwaliteit. 

De commissie sprak haar waardering uit voor het hoge ambitieniveau van het plan en vond de voorgestelde verduurzaming van het monument in principe voorstelbaar. 

Wel werd gewezen op de complexiteit van isoleren binnen monumentale panden. Er werd met nadruk geadviseerd een specialist in te schakelen om te beoordelen of de gewenste isolatiewaarden bereikt konden worden zonder aantasting van monumentale waarden. Onzorgvuldig isoleren kan immers leiden tot schade aan historische bouwdelen of een ongewenst binnenklimaat. 

Op advies van de commissie is vervolgens Warmteplan als extern deskundige betrokken bij de keuze voor het isolatiemateriaal. De dakconstructie wordt aan de binnenzijde geïsoleerd met een dampopen houtvezelisolatie, waarmee het oorspronkelijke beeld van de kap behouden blijft. Ook de buitenmuren worden aan de binnenzijde geïsoleerd, zodat het gevelbeeld onaangetast blijft. Om warmteverlies tussen verdiepingen te beperken, worden de houten verdiepingsvloeren eveneens voorzien van een isolatie.  

Voor de begane grond is ervoor gekozen om het achterste deel uit te graven en te isoleren met een laag schuimbeton. Deze methode voorkomt optrekkend vocht, zorgt voor een stabiele basis en maakt het mogelijk om vloerverwarming toe te passen zonder risico op schimmelvorming of constructieve schade. 

Alle bestaande gevelopeningen zijn voorzien van HR++ glas. Omdat de kozijnen al eerder zijn vervangen en niet origineel meer zijn, kon deze ingreep plaatsvinden zonder verlies aan monumentale waarden. 

Het verwarmingssysteem wordt uitgevoerd als een laagtemperatuursysteem, met vloerverwarming op de begane grond en vloerverwarmingsmatten op de verdieping. De warmte wordt geleverd door een luchtwarmtepomp in combinatie met een Warmte Terugwin Unit (WTW). Vanwege de ligging in de dijk was een grondgebonden warmtepomp niet haalbaar. Mogelijk wordt het systeem aangevuld met een boilervat of een cv-ketel als back-up voor koude dagen of bij technische storingen. 

Succesfactoren 

Het oorspronkelijke vierkant vormde het uitgangspunt voor het ontwerp. De houten hoofdconstructie is in goede staat en is direct preventief behandeld tegen houtworm. Zowel het vierkant als de ringbalk blijven behouden en worden in het interieur zo veel mogelijk in het zicht gelaten. Door een binnenwand op de verdieping afgeschuind te ontwerpen en de kapconstructie nadrukkelijk in het zicht te laten, wist Roel de adviescommissie te overtuigen van de kwaliteit van het ontwerp.

Doorsnede nieuwe situatie met schuine binnenwanden (Roel de Nijs)

Overloop op de eerste verdieping met nieuwe trap en balustrade (Roel de Nijs)

Struikelblokken

De commissie waardering voor het bescheiden programma en was positief over het gekozen kleurenpalet. Niet alle voorgestelde onderdelen kregen goedkeuring. Een plan om aan de voorzijde, net boven de gevel, twee dakramen te plaatsen voor een beter uitzicht naar het westen, werd afgewezen. De commissie vond deze ingreep te storend voor het aanzicht van de stolp en gaf hier geen toestemming voor. 

Een ander struikelblok betroffen de zonnepanelen. Hoewel de commissie plaatsing op het achterdakvlak toestond, bleek uit een analyse dat dit dakvlak te weinig zonlicht ontving. In een latere fase wordt onderzocht of de zonnepanelen op een bijgebouw geplaatst kunnen worden of op een speciaal daarvoor ontworpen pergolaconstructie. 

Lessen 

Tijdens het ontwerp- en besluitvormingstraject is uitgebreid onderzoek gedaan naar isolatiematerialen die geschikt zijn voor monumentale panden (zie tabel).  

Hoewel PIR en PUR goede thermische eigenschappen hebben, bleken deze materialen minder geschikt vanwege hun beperkte vochtregulatie, slechte akoestiek en lange energetische terugverdientijd; de periode waarin de energie die nodig was voor productie wordt terugverdiend via energiebesparing. Meer natuurlijke isolatiematerialen, zoals steenwol en glaswol, zijn weer gevoelig voor vocht. 

Uiteindelijk kwamen houtvezel en cellulose als meest geschikte alternatieven naar voren vanwege hun dampopen karakter en akoestische demping. Warmteplan bevestigde deze keuze, evenals andere geraadpleegde partijen. Dankzij een persoonlijk contact kon Roel het houtvezelmateriaal rechtstreeks uit Noorwegen inkopen, wat het financieel aantrekkelijker maakte. 

Deze ervaring laat zien dat het gebruik van natuurlijke isolatiematerialen, zoals houtvezel, niet alleen passend is bij de bouwkundige en bouwfysische eigenschappen van een monument, maar ook essentieel is voor een duurzame toekomst.

(Tekst: Sander van Alphen | Beeld: André Russcher)

Deel dit artikel

Categorieën

Tags

Gerelateerde berichten

  • Leuker dan sloop – over ontwerpkracht, lef en de rol van ambtenaren

    Categorie: Duurzaamheid

    Op 30 oktober organiseren wij de Noord-Hollandse Dag van Herbestemming en Duurzaamheid. Dit jaar trappen we af met een keynote van Ninke Happel (Happel Cornelisse Verhoeven).

  • Een gasloos monument met een slimme inpassing van installaties

    Categorie: Duurzaamheid, Voorbeeldprojecten

    Na het vertrek van jeugdtheater De Krakeling besloot de eigenaar, een commerciële belegger, het gebouw te transformeren tot een kantoor. Kodde Architecten werd ingeschakeld vanwege hun ervaring met vergelijkbare projecten.