Interieurwacht
Monumentenwacht Noord-Holland is dit jaar gestart met de interieurwacht. In samenwerking met de Monumentenwacht Utrecht, Gelderland en Noord-Brabant wordt gekeken hoe de interieurwacht het best kan worden ingericht om een eigenaar van het best mogelijke advies te kunnen voorzien en om interieurs vakkundig te kunnen onderzoeken. Uitwisseling van elkaars kennis en expertise is het uitgangspunt van deze samenwerking.
Een groeiende belangstelling
In de afgelopen jaren is onder erfgoedspecialisten een groeiende belangstelling voor historische interieurs ontstaan. Het feit dat de overheid met de erfgoedwet in 2016 pleit voor de bescherming van interieurs toont een maatschappelijk belang. Zo is het boek Behoud van binnen (2013) het eerste Nederlandse praktijkboek over preventieve conservering van interieurs. Maar ook de verschillende publicaties van de RCE over het historische interieur en het interieurplatform tonen het belang aan. Daarnaast is er onder het publiek steeds meer interesse voor interieurs van onder andere kerken, kastelen, buitenplaatsen en woonhuismusea. Zo trekt Open Monumentendag steeds meer bezoekers. Kortom, genoeg dat pleit om interieurs op een verantwoorde manier te behouden voor de toekomst.
Is de eigenaar zich bewust van de waarde van het interieur?
Noord-Holland heeft prachtige interieurs waarvan een deel bekend en (beperkt) gedocumenteerd is. Daarnaast blijft een groot deel helaas verborgen. Hoe komt dat? Zijn de eigenaren zich bewust van de interieurbestanddelen die zij in huis hebben? Vaak is het antwoord nee. Door de onwetendheid van de specifieke waarde binnen het interieur, is de kans groot dat deze verwaarloosd of vernietigd wordt. Denk aan het verkameren van historische panden tot appartementen of het weghalen van een muur waardoor de plattegrond van het interieur verandert. Hierdoor verandert de ruimtelijke samenhang en gaat de oorspronkelijke indeling verloren.
Ook door een gebrek aan materiaalkennis kan schade aan het interieur ontstaan. Denk hierbij aan achterstallig onderhoud of juist fixatie van het schoonhouden van dat ene ‘topstuk’. Dit kan de levensduur van een materiaal negatief beïnvloedden. Regelmatig is de eigenaar zich er niet bewust van dat een interieur bestaat uit tientallen verschillende materialen die allemaal hun eigen schadefactoren kennen. Houten lambrisering heeft weer andere risico’s waar de eigenaar rekening mee moet houden dan een stenen vloer of een wandkleed.
De interieurwacht Noord-Holland wil hierop inspelen door op een laagdrempelige manier het bewustzijn te vergroten bij de eigenaar. Daarbij is het belangrijk om eerst te inventariseren uit welke onderdelen het interieur bestaat om zo een compleet beeld te krijgen. Daarna kan er gefocust worden op het behouden van de interieurbestanddelen en elementen door middel van een inspectierapport.
Tijdens de pilots die de interieurwacht Noord-Holland heeft uitgevoerd in onder andere Amsterdam en Haarlem werd positief op de bevindingen gereageerd. Door de gebreken aan de interieurdelen weer te geven in het inspectierapport en te voorzien van advies werd een duidelijk overzicht geboden aan de eigenaar van het historische interieur. Hierdoor wordt het behouden van interieurbestanddelen laagdrempelig gemaakt.
In de praktijk
In de praktijk zien we dat een aantal schadefactoren veelvuldig voorkomt. Van de tien schadefactoren vormen regelmatig water, ongedierte, schimmel, fysische krachten en dissociatie de grootste bedreigingen voor een interieur. Dit komt doordat deze factoren een groot effect hebben op de materialen.
Vaak zien eigenaren de schade in hun interieur niet ontstaan. Sommige schades nemen op langere termijn cumulatief toe. Denk bijvoorbeeld aan de schade die ontstaat door straling van direct licht, UV en infrarood. Of de gevolgen van fluctuatie van temperatuur en luchtvochtigheid. Hierdoor ontstaan scheuren, verkleuringen, breuken, chemisch verval, etc.
Fixatie op bijvoorbeeld het poetsen van koperen objecten uit een historisch interieur zorgt voor veel schade. Meestal worden hiervoor moderne schoonmaakmiddelen gebruikt. Deze schoonmaakmiddelen zijn agressief en tasten het oppervlak van het object aan. Op foto 3 is te zien dat het koperen object gepoetst is met een agressief schoonmaakmiddel. Dit is onder andere te herkennen aan het residu dat in de naden is achtergebleven. Met de juiste voorlichting kan dit soort schade voorkomen worden.
Dissociatie door bijvoorbeeld verkoop kan een bedreiging vormen voor monumentale interieurs. Kennis en het bewustzijn dat een monumenteigenaar heeft opgedaan gaan verloren wanneer een monument een nieuwe eigenaar krijgt en de kennis niet voldoende is gedocumenteerd. Dit betekent dat de nieuwe eigenaar helemaal opnieuw moet beginnen met het verzamelen van de kennis. Met alle gevolgen van dien.
Tot slot komen fysische krachten regelmatig voor. Alleen al 80% van de schadegevallen wordt door menselijk handelen veroorzaakt. Door het verkeerd hanteren kan het interieur snel beschadigd raken. Krassen en deuken aan oppervlakten zijn zo ontstaan, maar ook het omstoten en (verkeerd) lijmen van een vaas wordt gerekend tot fysische krachten, zie foto 4.
De interieurwacht Noord-Holland wil graag een helpende hand bieden aan eigenaren van een historisch interieur of interieuronderdeel. Door de verschillende bestanddelen te inventariseren, te waarderen en te conserveren wordt een start gemaakt met het vergroten van het bewustzijn. Hierdoor blijven historische interieurs of bestanddelen daarvan behouden voor de toekomst.
Wilt u meer informatie over de interieurwacht Noord-Holland, bent u benieuwd naar de mogelijkheden van de dienst of wilt u een offerte aanvragen? Mail dan vrijblijvend naar info@monumentenwachtnoordholland.nl of bel naar 075-6474588.
Harrie Schuit, specialist interieurs bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, vertelt in een onderzoeksverslag over een interieurwacht voor Noord-Holland dat het gebrek aan kennis en bewustzijn onder monumenteneigenaren een groot risico vormt voor de instandhouding van interieurs. Ook wordt het belang van waardevolle interieurs vaak niet beseft door de eigenaren. Dit heeft als gevolg dat bijzondere interieuronderdelen verdwijnen of gesloopt worden.
Schuit, specialist interieurs bij het Rijksdienst voor het Cultureel erfgoed geïnterviewd door K. Koersvelt en B. Ruiter op 12 november 2020 tijdens een telefoongesprek. Koersvelt, B. Ruiter, Onderzoeksverslag haalbaarheid Interieurwacht September 2020 – januari 2021. (Wormer, 2021)
(Tekst: Anniek Bakker, beeldverantwoording: Jeroen Twisk, Hofjes in Haarlem, Anniek Bakker)
Deel dit artikel
Categorieën
Tags
Gerelateerde berichten
Samen voor Erfgoed: impressie van een inspiratiemiddag voor gemeenten en hun erfgoedvrijwilligers
Categorie: Archeologie, Gebouwd erfgoed
Op 21 november organiseerden wij als Steunpunt Cultureel Erfgoed samen met Erfgoedvrijwilliger een inspiratiemiddag voor gemeenten en hun erfgoedvrijwilligers. In deze korte impressie lees je er meer over en krijg je een aantal tips mee.
Inspiratie uit Haarlem: erfgoed sneller verduurzamen door het maken van monumentenclusters
Categorie: Duurzaamheid, Gebouwd erfgoed
Gemeente Haarlem loopt voorop in het behalen van klimaatdoelen: ze zijn voortvarend bezig met het terugbrengen van de CO²-uitstoot en streven ernaar om in 2040 aardgasvrij te zijn. Hoe zorgt de gemeente ervoor dat erfgoed niet achterblijft in het tempo van de energietransitie?