De duurzame transformatie van het Missiehuis
Projectgegevens
- Naam project: Restauratie, herbestemming en verduurzaming van het voormalige Missiehuis
- Locatie: Blauwe Berg, Hoorn
- Status: Gemeentelijk monument
- Eigenaar: De Nijs
- Architect (oorspronkelijk): S.W. Langius
- Bouwjaar: 1928
- Bouwstijl: Amsterdamse School
- Ontwerp herbestemming: TPAHG-architecten
- Gerealiseerd: 2023

Het Missiehuis met links het zusterhuis en rechts de kapel
Bevindingen
- Het Missiehuis is het enige overgebleven seminariegebouw in West-Friesland. Oorspronkelijk werd het gebruikt voor de opleiding van jongens tot missionaris en als overnachtingsplaats voor religieuzen uit het buitenland.
- Het gebouw heeft een carrévormige plattegrond met een binnenplaats en twee zijvleugels: het zusterhuis en de kapel. Het achterste volume, dat tijdens het project werd gebruikt door een school, viel buiten de scope van de opdracht.
- Na het vertrek van de GGD rond het jaar 2000 heeft het gebouw twintig jaar leeggestaan. Dat leidde tot aanzienlijke gebreken, waaronder wateroverlast in de kelder en houtrot in de kapconstructie. De kelder is waterdicht gemaakt en de koekoeken zijn hersteld. Vanwege de hoge kosten is de kelder niet verdiept.
- De buitenschil was ongeïsoleerd en voorzien van relatief kleine ramen, waardoor daglichttoetreding beperkt was. In de kapel zijn de vensters naar beneden verlengd en voorzien van deuren, passend bij de architectonische stijl van het gebouw. De kleurstelling van de trap is afgestemd op het metselwerk in de plint. Tijdens de restauratie werden ook eerder dichtgezette dakramen heropend om meer licht binnen te laten.
- De restauratie en herbestemming zijn benut om de thermische efficiëntie van het gebouw te verbeteren en het pand volledig gasloos te maken, met behoud van de monumentale waarden.

Luchtfoto met de nieuwe hoofdentree achter de linkervleugel

Twee jongens zitten te schaken, drie andere jongens zitten te lezen in de recreatiezaal van het Missiehuis (Westfries Archief)

Interieur met behoud van schoon metselwerk
Proces
Aanvankelijk kreeg TPAHG architecten de opdracht om onderzoek te doen naar de mogelijkheid voor de vestiging van een tandheelkundig centrum in het zusterhuis. Gaandeweg is het programma van eisen uitgebreid naar een multifunctionele invulling, verspreid over drie bouwdelen. Deze invulling bestaat nu onder andere uit een kaakchirurg op de eerste verdieping, een psychologiepraktijk op de tweede verdieping en zolder, en een horecagelegenheid in de kapel.
Het inpassen van moderne installaties in een historisch gebouw zonder de monumentale structuur aan te tasten vroeg om innovatieve oplossingen, zeker voor de operatiekamers waar aanvullende luchtbehandeling noodzakelijk was. Per ruimte is gezocht naar maatwerkoplossingen:
- De meeste buitenwanden zijn aan de binnenzijde geïsoleerd met voorzetwanden, behalve op locaties met zichtbaar schoon metselwerk zoals de gang en de kapel.
- Vloeren zijn geïsoleerd en voorzien van vloerverwarming op noppenplaten. Op de begane grond zijn de originele tegels verwijderd en na installatie van de systemen teruggeplaatst. Op de verdiepingen is het systeem aangebracht op de bestaande houten vloeren.
- Om geluidsoverlast en stofvorming te beperken zijn de plafonds geïsoleerd met een verlaagd systeem.
- Alle vensters zijn vervangen door isolatieglas of voorzien van achterzetbeglazing als de dikte van de sponningen het niet toelieten.
- Dankzij een brede dakgoot kon het dak aan de buitenzijde geïsoleerd worden, waardoor het originele dakbeschot binnen zichtbaar bleef. De dakconstructie is waar nodig versterkt met extra houten delen.
- Voor de luchtbehandeling van de operatiekamer zijn aanvullende buitenunits geplaatst op een plat dak uit het zicht.
Door gebrek aan mogelijkheden voor het aanbrengen van zonnepanelen uit het zicht vanuit de openbare ruimte, zijn deze niet geplaatst.
Succesfactoren
Een belangrijke succesfactor van dit project was de keuze om het programma van eisen niet volledig vooraf vast te leggen. Aanvankelijk onderzocht TPAHG-architecten slechts de mogelijkheid van een tandheelkundig centrum in het zusterhuis. In plaats van direct vast te houden aan een gedetailleerd programma, werd bewust ruimte gelaten voor geleidelijke invulling. Gedurende het proces meldden zich meerdere geïnteresseerde partijen met uiteenlopende ideeën. Dit bood de mogelijkheid om in te spelen op concrete vragen uit de markt én de bestaande kwaliteiten van het gebouw optimaal te benutten.
Deze flexibiliteit leidde ertoe dat niet het programma, maar het gebouw zelf het uitgangspunt werd van de herbestemming. Door de oorspronkelijke structuur, indeling en karakteristieke elementen als leidraad te nemen, konden functies worden gezocht die daarbij pasten. Dit resulteerde in een evenwichtige combinatie van zorgfuncties, kantoren en horeca, die goed aansluiten bij de logica en de sfeer van het monument. Ideeën die te veel ingrepen vereisten of niet pasten bij het monumentale karakter, zoals een B&B of appartementen, zijn bewust niet doorgezet.
Een tweede succesfactor was de intensieve samenwerking en afstemming met de gemeente Hoorn ten aanzien van het omliggende terrein. Voor het duurzame WKO-systeem moesten meerdere bronnen in de grond worden geslagen. Deze ruimte was deels in eigendom van de gemeente. Door tijdige afstemming kon extra grond worden verworven aan de voorzijde (voor het WKO-systeem) en aan de zijkant (voor de nieuwe entree). Deze samenwerking maakte het mogelijk om de ambities op het gebied van duurzaamheid én toegankelijkheid waar te maken, ondanks de beperkingen van het monumentale casco.
Struikelblokken
De diversiteit aan functies vroeg om een zorgvuldige afstemming van routing en logistiek binnen het gebouw. Hoogteverschillen tussen de verschillende bouwdelen vormden daarbij een extra uitdaging. Dit is opgelost door een strategisch geplaatste lift met meerdere deuren, die beide vleugels en vloerniveaus met elkaar verbindt. De uitloop van de lift is vormgegeven in de stijl van het hoofdvolume, zodat deze naadloos aansluit bij het monumentale karakter. De zolder van het hoofdgebouw is de enige verdieping die niet per lift bereikbaar is. Achter de topgevel is daarom een extra trap geplaatst als toegang tot deze verdieping.
Een andere ingrijpende aanpassing was de verplaatsing van de hoofdentree naar de achterzijde van het Zusterhuis ter plekke van de parkeerplaats. Hier is een nieuw entreevolume toegevoegd met schuifdeuren en een hellingbaan, ontworpen in de stijl van het oorspronkelijke gebouw. Bezoekers komen nu direct binnen bij het centrale trappenhuis en de lift, wat de toegankelijkheid en oriëntatie aanzienlijk verbetert. In het Zusterhuis zijn ook de kelder en zolder met elkaar verbonden door middel van een nieuw trappenhuis. Omdat de kelders zeer laag waren, is slechts een minimale vloerverhoging toegepast, zodat de ruimtes benut konden worden voor als kleedkamer en voor ondersteunende functies als opslag en installaties. De waardevolle koekoeken zijn daarbij behouden gebleven.

Nieuwe entree met hellingbaan

Moderne toevoeging t.b.v. de uitloop van de lift in stijl en materiaal aansluitend bij het oorspronkelijke hoofdvolume
Tips
De verduurzaming van het Missiehuis laat zien dat erfgoedtransformatie niet ophoudt bij de grenzen van het gebouw. Voor het WKO-systeem moesten bronnen in de bodem worden geslagen op grond die oorspronkelijk niet tot het perceel behoorde. Dankzij de bereidwillige medewerking van de gemeente Hoorn kon deze grond alsnog worden aangekocht: aan de voorzijde voor het klimaatsysteem en aan de zijkant voor de nieuwe entree. Deze ervaring onderstreept dat verduurzaming van monumentaal vastgoed vaak ook ruimtelijke consequenties heeft voor de directe omgeving. Hoewel de terreininrichting formeel buiten de opdracht viel, was tijdige afstemming met gemeente en andere betrokken partijen cruciaal voor het slagen van het project.
Het project maakt tevens duidelijk dat de monumentale waarden de randvoorwaarden bepalen. Karakteristieke elementen van het interieur – zoals gangen, trappenhuizen en de binnenzijde van de kapel met schoon metselwerk – konden niet worden geïsoleerd zonder aantasting van het erfgoed. Op deze plekken is daarom bewust afgezien van gevelisolatie. Ook de kapconstructie, met hoge monumentale waarde, kon aan de binnenzijde niet worden aangepast. De brede dakgoot bood hier uitkomst, waardoor isolatie aan de buitenzijde toch mogelijk werd, zonder visuele of functionele schade.
Tegelijkertijd toont het Missiehuis dat de technieken voor verduurzaming steeds verfijnder worden. Door het toepassen van monumentenglas, vloerverwarming op noppenplaten en zorgvuldig geplaatste installaties zijn comfort en energie-efficiëntie verhoogd, terwijl de historische uitstraling en oorspronkelijke bouwmaterialen behouden bleven. Het project bewijst dat maatwerk en innovatieve oplossingen de mogelijkheden voor verduurzaming van monumenten aanzienlijk kunnen vergroten.
Bronnen
- TPAHG-architecten. Missiehuis te Hoorn. Geraadpleegd via: https://www.tpahga.nl/portfolio/missiehuis-te-hoorn/
- Noord-Hollands Dagblad. Pieter van Vollenhovenprijs voor herbestemming Missiehuis Hoorn. Geraadpleegd via: https://www.noordhollandsdagblad.nl/regio/west-friesland/pieter-van-vollenhovenprijs-voor-herbestemming-missiehuis-hoorn/78670952.html
(Tekst: Sander van Alphen, beeld: André Russcher)
Deel dit artikel
Categorieën
Tags
Gerelateerde berichten

Van opgraving tot ontwerp: project Albertshoeve
Categorie: Voorbeeldprojecten
Een belangrijke succesfactor van het project Albertshoeve was de manier waarop de archeologische vondsten zijn geïntegreerd in het ontwerp van de nieuwbouw. Architect Eddo Carels, destijds werkzaam bij bureau Reus en Leeuwenkamp, volgde het veldonderzoek met grote belangstelling.

De vleermuizen in de Bavokerk
Categorie: Voorbeeldprojecten
Bij de restauratie van de Bavokerk in Haarlem kregen vleermuizen nieuwe verblijfplaatsen, waardoor zowel het Müllerorgel als de dieren worden beschermd — een mooi voorbeeld van natuurinclusieve monumentenzorg.