Projectgegevens

Naam Vuurtoreneiland
Adres Vuurtoreneiland 1, Durgerdam
Bouwjaar
Voormalige functie vuurtoren, fort van de Stelling van Amsterdam
Nieuwe functie restaurant
Oplevering 2016
Status UNESCO werelderfgoed
Architect(en) krft

For privacy reasons Google Maps needs your permission to be loaded. For more details, please see our Privacy.

Culinaire bestemming op een zelfvoorzienend eiland

Het Vuurtoreneiland in het Markermeer maakt onderdeel uit van de Stelling van Amsterdam en was lange tijd ontoegankelijk voor het publiek. Door de inspanningen van ondernemer Brian Boswijk is het eiland binnen een paar jaar uitgegroeid tot een gewilde culinaire bestemming.

Toen

De geschiedenis van het eiland begint met kustverlichting. De eerste vermelding van een kustverlichting op deze plek dateert uit 1699, toen de Staten van Holland en West Friesland besloten dat ‘op het IJe-oort een lantaarn wierde opgeregt’. Deze eerste toren was vierkante, opgetrokken uit baksteen en negentien meter hoog. Bovenin was een lantaarn met een olielamp geplaatst. Deze lantaarn werd gemaakt door het Amsterdamse bedrijf van Jan van der Heyden, specialist in straatlantaarns en brandspuiten.

(De bovenstaande tekst komt uit het uitgebreide verhaal dat te lezen is op de website van Oneindig Noord-Holland. Lees verder op de website)

De herbestemming

De eigenaar van het Vuurtoreneiland, Staatsbosbeheer, wilde deze bijzondere, maar ontoegankelijke plek voor het publiek openstellen. Dat was ook de ambitie van de provincie Noord-Holland, siteholder van werelderfgoed de Stelling van Amsterdam. Joop Klinkhamer van de provincie legt uit wat dat betekent: ‘De provincie is geen eigenaar, maar is wel verantwoordelijk voor het in stand houden van de Stelling van Amsterdam met haar forten. Voor de forten is het van belang dat ze behouden blijven. Ze maken tenslotte onderdeel uit van het UNESCO werelderfgoed. Dit behoud lukt onder meer door ze een nieuwe maatschappelijke bestemming te geven en toegankelijk te maken voor het publiek.’ Staatsbosbeheer schreef een prijsvraag uit waarbij ondernemer Brian Boswijk en chef Sander Overeinder als winnaars uit de bus kwamen. In 2012 openden ze een pop-up-zomerrestaurant op het eiland. Dit groeide uit tot een succes en drie jaar later startte de restauratie. Daarbij werden maatregelen getroffen om het eiland zoveel mogelijk zelfvoorzienend te maken, zoals gebruik en afvoer van water uit het Markermeer, zonnecollectoren, grondbuisventilatie, helofytenfilters, houtkachels en een warmtepomp.

Succesfactoren

De formule is ogenschijnlijk simpel: de bezoekers worden met een boot opgepikt bij de Oostelijke Haveneilanden en varen vervolgens naar het eiland. Aan het einde van de avond worden ze weer per boot teruggebracht. Alle geïnterviewde betrokkenen noemen een goed idee en doorzettingsvermogen de belangrijkste succesfactoren. Het restaurant is een succesformule, maar dat hun onderneming zo goed zou draaien konden de initiatiefnemers van tevoren niet weten. Vandaar dat ze kozen voor een groeimodel waarbij ze eerst een aantal zomers proefdraaiden met een tijdelijk restaurant. Pas toen dit succesvol bleek, werd gestart met de eigenlijk restauratie en kwam er een winterrestaurant in het fort. Marja Visser was toentertijd accountmanager voor ondernemers bij Stadsdeel Amsterdam-Noord. Zij vertelt: ‘De ondernemers hebben veel verschillende en ingewikkelde vergunningen moeten aanvragen. Dat was een moeilijke puzzel, maar het is ze gelukt. Er is ook een vergunning verleend voor een hotel, maar dat plan ligt nog even op de plank. Ze nemen rustig de tijd om hun bedrijf verder te ontwikkelen.’ De herbestemming werd voor de helft gefinancierd door de provincie, de andere helft kwam uit een EFRO-subsidie (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling).

Struikelblokken

Een aantal factoren bemoeilijkte de herbestemming. Er is geen parkeergelegenheid en vanwege de kwetsbare natuur en de beperkte ruimte op het eiland zijn grote mensenmassa’s onwenselijk. Deze dilemma’s werden meegenomen in de prijsvraag van Staatsbosbeheer. Het resultaat is dat dineren op het Vuurtoreneiland een exclusieve ervaring is voor een beperkte groep mensen tegelijk, die op een andere locatie in Amsterdam met de boot worden opgepikt. Elza van Liere was als een van de procesbegeleiders betrokken bij de o.a. subsidie- en vergunningaanvragen. Zij legt uit: ‘Er is heel goed nagedacht over het principe. Je kan niet zomaar naar en van het eiland  en dat vereist een hoge mate van planning en organisatie.’

De volledige vergunningenprocedure nam drie jaar in beslag. Hierbij waren zowel de gemeente, de provincie en Staatsbosbeheer gesprekspartners. Van Liere was vaak bezig om een vertaalslag te maken tussen de verschillende belangen: ‘Dat betekent veel overleggen en in dit soort situaties heeft iedereen gelijk’, lacht ze. Visser beaamt dit: ‘Deze ondernemers kregen te maken met een batterij aan vraagstukken. Ik heb enorme bewondering voor de rust waarmee ze de gesprekken bleven voorbereiden en voeren. Als ondernemers een deadline hebben, proberen ze vaak de druk op te voeren, wat averechts werkt.’ Toen de uitvoering eenmaal van start kon gaan, was er haast bij. Van Liere: ‘Aan de Europese subsidie was de voorwaarde verbonden dat het project eind 2016 afgerond moest zijn. Na jarenlang overleggen moesten we ineens heel snel handelen om de bouw binnen een korte tijd gereed te krijgen. Deze situatie was niet te voorkomen, aangezien je afhankelijk bent van de beschikbare subsidie en de daarmee verbonden voorwaarden.’

Tips

Terugkijkend is Klinkhamer onder de indruk van de hobbels die hier zijn overwonnen. ‘Alle obstakels, zoals de toegankelijkheid van het eiland, zijn als kaders meegenomen in de marktconsultatie van Staatsbosbeheer. Je moet niet te snel denken dat iets onmogelijk is. Breng de randvoorwaarden in kaart en vraag ondernemers met een plan te komen. Dan blijkt er meer mogelijk dan je denkt.’ Het groeimodel dat begon met een tijdelijk restaurant oogst bewondering bij de betrokkenen. Van Liere: je kan tegenwoordig je kont niet keren of er staat weer ergens een pop-up-onderneming. Dit is daarentegen gerealiseerd met een groter doel voor ogen.’ Voor ondernemers die een soortgelijk avontuur aan willen gaan heeft Visser nog een aanbeveling: ‘Laat je adviseren door mensen die verstand van zaken hebben en jou door de procedures heen kunnen loodsen. Denk aan afwijken van het bestemmingsplan, het vergunningentraject, een ruimtelijke onderbouwing met brandveiligheid, luchtkwaliteit, waar parkeer je je auto, etc. Dat is echt een wereld op zich.’

(Tekst: Isabel van Lent | Beeld: Ossip van Duivenbode)

Deel dit artikel

Categorieën

Tags

Gerelateerde berichten

  • Masterclass: Erfgoedbescherming in het omgevingsplan

    Categorie: Gebouwd erfgoed, Omgevingswet

    Kijk nu de Masterclass: Erfgoedbescherming in het omgevingsplan!

  • Verslag Erfgoedteam: Erfgoed voorbij gemeentegrenzen

    Categorie: Gebouwd erfgoed

    Tijdens dit Erfgoedteam bespraken we erfgoed dat voorbij gemeentegrenzen gaat, zoals bijvoorbeeld de Hollandse Waterlinies en de Atlantikwall, maar ook stolpenstructuren en de Westfriese Omringdijk. Hoe kunnen gemeenten omgaan met erfgoed dat gemeentegrenzen (en in sommige gevallen zelfs provinciegrenzen) overstijgt?