Herbestemming: Gemaal Lynden – Lijnden

Projectgegevens

Naam Gemaal de Lynden
Adres Akerdijk 10, Lijnden
Bouwjaar 1849
Voormalige functie Gemaal
Nieuwe functie Restaurant
Oplevering 2015
Status Rijksmonument
Architect(en) kerssens | de ruiter architecten

For privacy reasons Google Maps needs your permission to be loaded. For more details, please see our Privacy.

Dineren in industrieel erfgoed

Gemaal De Lynden was een van de drie stoomgemalen die halverwege de 19e eeuw de Haarlemmermeer droog maakten. De pompen zijn nu stilgelegd en sinds 2015 biedt het neogotische gemaal onderdak aan restaurant Bij Qunis.

Tekst: Isabel van Lent en ONH | Beeld: Ossip van Duivenbode

Toen

Holland was altijd al drassig. Tussen Amsterdam, Leiden en Haarlem strekten zich in de dertiende eeuw ten minste drie veenmeren uit. In de loop van de tijd spoelde er steeds meer land weg, en vanwege het landvretende karakter kreeg het Haarlemmermeer de bijnaam Waterwolf. Lange tijd bestonden er plannen om het meer droog te leggen, maar dit liet nog een tijd op zich wachten. Tot in de negentiende eeuw twee stormen het water opjaagden tot de stadspoorten van Amsterdam en Leiden. Koning Willem I besloot dat het genoeg was geweest. Dat meer moest leeg. Er werd een ringdijk van bijna 60 kilometer aangelegd en er werd besloten om het meer droog te malen met stoomkracht. Een unicum: tot dat moment waren andere meren alleen nog maar bemalen met windmolens. Er werden drie stoomgemalen neergezet, waarvan één Gemaal de Lynden was. Tussen 1849 en 1852 werd de Haarlemmermeer droog gepompt. Nadat De Lynden zijn belangrijkste taak had volbracht is het gemaal meerdere keren gemoderniseerd, tot het in 2005 werd vervangen door zijn jongere gelijknamige broertje.

(De bovenstaande tekst komt uit het uitgebreide verhaal dat te lezen is op de website van Oneindig Noord-Holland).

Herbestemming

Na de ingebruikname van een modern gemaal in 2005 werd het oude gemaal na ruim anderhalve eeuw trouwe dienst stilgelegd. In 2010 organiseerde het provinciale programma Herbestemming NH een expertmeeting en bewonersavond om ideeën te verzamelen voor een geschikte nieuwe bestemming. Al snel werd duidelijk dat vanwege de schitterende ligging aan het water en de bijzondere sfeer, het rijksmonumentale pand zich uitstekend zou lenen voor een horecabestemming. Dit idee werd verder uitgewerkt door BOEi (Nationale Maatschappij tot Restaureren & Herbestemmen van Cultureel Erfgoed) die het gemaal in 2012 van het Hoogheemraadschap van Rijnland overnam. De timing was perfect: in dezelfde periode zocht topkok Ronald Kunis samen met zijn vrouw Tamara een locatie om in de Haarlemmermeer een restaurant te kunnen openen. De gemeente bracht ze in contact met BOEi en na een intensief traject opende op 2 maart 2015 het restaurant Bij Qunis.

Succesfactoren

De sfeer van de locatie is mede bepalend voor het succes. Zo is Gemaal De Lynden behalve een goedlopend restaurant ook een geliefde trouwlocatie. Behalve de intrinsieke waarde van het neogotische gebouw is ook de gunstige ligging van belang. Het gemaal ligt in de driehoek Amsterdam-Halfweg-Haarlemmermeer en vlak bij Schiphol. Tamara Kunis droomt hardop van een aanlegsteiger, zodat het restaurant in de toekomst ook beter bereikbaar wordt voor de pleziervaart. Tamara en Ronald Kunis zijn als huurders intensief door BOEi bij het proces betrokken. Er werd gezamenlijk een architect geselecteerd en Ronald schoof wekelijks aan bij bouwvergaderingen. Ze konden hun persoonlijke stempel op de verbouwing drukken, zonder zichzelf in diepe schulden te steken, geholpen door de ruime ervaring en goede reputatie van BOEi. De restauratie kon gedeeltelijk worden bekostigd dankzij bijdragen van de BankGiro Loterij en een subsidie van de provincie. Dat neemt niet weg dat het succes van het project uiteindelijk in de handen ligt van de huurders. Tamara Kunis vat het treffend samen: ‘Hoe mooi ook, na een paar keer heb je de locatie wel gezien. Onze klanten blijven terugkomen vanwege het goede eten.’

Struikelblokken

Hoewel de meeste betrokkenen – waaronder de gemeente – enthousiast waren over het voornemen om het gemaal een horecafunctie te geven, was het ingewikkeld om de wijziging in het bestemmingsplan en de benodigde omgevingsvergunning voor elkaar te krijgen. De plannen waren besproken en afgestemd met de omwonenden, die geen bezwaren hadden. Een plaatselijke investeerder tekende echter bezwaar aan omdat hij op een steenworp afstand ook een horecagelegenheid wilde beginnen. Dit leverde een lange discussie op, die uiteindelijk in de rechtszaal moest worden beslecht. Een flinke vertraging was het gevolg, met het risico dat Ronald en Tamara Kunis hadden kunnen afhaken. Zij bleven echter vasthouden aan hun ambitie. Hun restaurant dat uiteindelijk in 2015 werd geopend, bevindt zich in het voormalige ketelhuis van het gemaal. In het pompgebouw staan nog steeds de oude machines: prachtige staaltjes industrieel erfgoed, die het wel lastig maken om deze ruimte een andere functie te geven. Daarom blijft het pomphuis vooralsnog ongebruikt.

Tips

Sylvia Pijnenborg van BOEi vertelt over de barrières waar ze bij bijna al haar projecten tegenaan loopt, zo ook bij Gemaal De Lynden. ‘Vaak is er te weinig ruimte in het bestemmingsplan om dit soort industriële gebouwen een andere functie te geven. Het bestemmingsplan moet in dit soort gevallen meestal worden gewijzigd, een proces dat veel tijd in beslag neemt. Het zou mooi zijn als gemeenten op voorhand meer ruimte in het bestemmingsplan inbouwen om andere functies mogelijk te maken.’

Kijk voor meer informatie ook op de website van BOEi en de website van Restaurant Bij Qunis.

Deel dit artikel

Categorieën

Tags

Gerelateerde berichten

  • Masterclass: Erfgoedbescherming in het omgevingsplan

    Categorie: Gebouwd erfgoed, Omgevingswet

    Kijk nu de Masterclass: Erfgoedbescherming in het omgevingsplan!

  • Verslag Erfgoedteam: Erfgoed voorbij gemeentegrenzen

    Categorie: Gebouwd erfgoed

    Tijdens dit Erfgoedteam bespraken we erfgoed dat voorbij gemeentegrenzen gaat, zoals bijvoorbeeld de Hollandse Waterlinies en de Atlantikwall, maar ook stolpenstructuren en de Westfriese Omringdijk. Hoe kunnen gemeenten omgaan met erfgoed dat gemeentegrenzen (en in sommige gevallen zelfs provinciegrenzen) overstijgt?